Aanbeveling84
Cementbentoniet wanden
Cementbentoniet wandenwordenalvanaf dejaren tachtig toegepast, zowelinde civiele-
als inde milieutechniek. Inde civiele techniek wordtmethetaanbrengen vancement-
bentoniet wandenrandom inuitvoering zijndebouwwerken ondermeerbeoogd de
gevolgen tebeperken vaneen(tijdelijke) lokalewaterstandverlaging opdewater stand in
het omringende gebied.Inde milieutechniek gaathetom hettegengaan vanverspreiding
van verontreinigd grondwaterofhetbeperken vandehoeveelheid verantreinigd grand-
water datafgevoerd engezuiverd moetworden.
Het toenemend gebruikvancementbentoniet wandendeeddebehoefte ontstaanaan
toegankelijke kennisoverdergelijke constructies. Opinitiatief vanRijkswaterstaat werd
in 1986 CUR-onderzoekcommissie C88 'Cement-bentonietwanden' ingesteld.Doelvan
deze commissie washetvastleggen enverder ontwikkelen vanbestaande kennisopbasis
van aanvullend onderzoek. Deresultaten hiervanzijnvastgelegd inCUR-rapport 189
'Cement-bentoniet schermen'.
Verder wasbehoefte aaneendocument opbasis waarvan eenduidige afsprakenzijnte
maken overdetestellen eisenaandematerialen voorhetvervaardigen vancement-
bentoniet wandenendekeuring encontrole vandiematerialen. Metdeze CUR-Aan-
beveling wordtindeze behoefte voorzien. Doorvoortschrijdend inzichtwordtindeze
Aanbeveling metname voorhetonderdeel keuringencontrole afgeweken vanCUR-
rapport 189.
Behalve opdeeisen aandematerialen gaatdeze CUR-Aanbeveling inop deindeling van
cementbentoniet wanden,desamenstelling eneigenschappen vandecementbentoniet
suspensie enhet verharde product,alsmededekeuring encontrale hiervan. DeCUR-
Aanbeveling gaatnietinop uitvoeringseisen endevervaardiging vandewand zelf.
De inhoud vandeze Aanbeveling heeft ook debasis gevormd voordeteksten diedoor de
e.R.O.W. opgenomen wordeninde Standaard RAWBepalingen voorcementbentoniet
wanden inhet hoofdstuk funderingsconstructies (hoofdstuk41).
Deze CUR-Aanbeveling isopgesteld doorCUR-voorschriftencommissie 59'Cement-
bentoniet wanden'.
Op het moment vanverschijnen vandeze Aanbeveling wasdesamenstelling vandecom-
missie alsvoIgt: ir.H.R.E. Dekker (voorzitter), ir.e.A. vanderSteen (secretaris enrappor-
teur), ir.B.J. Admiraal, ing.R.Buiter, ing.T.J.H.E.Collignon, dr.ir.J.W. Frenay, ir.E.J.
Huiden, ir.E.e. Smith, ing.G.J. Speets, irW.J.Heijnen (mentor) enir.G.J. Verkade (coor-
dinator).
Deze Aanbeveling isgoedgekeurd doordeAlgemene Voorschriftencommissie 'Bodem
en Milieu'.
Redactionele bijlagebij
cement
2/2002
CUR-Aanbeveling 84
inhoud
biz.
1
Onderwerp 4
2 Toepassingsgebied 4
3 Termen
endefinities 4
4 Indeling 5
4.1 Vervaardiging
mengsel 5
4.2 Wijze
aanbrengen cementbentoniet wand 6
5 Materialen 6
5.1 Niet-voorgemengd
materiaal 6
5.1.1 Cement 6
5.1.2 Aanmaakwater 6
5.1.3 Bentoniet 6
5.1.4 Hulpstoffen
enverzwaarders 6
5.2 Voorgemengd
materiaal 6
5.3 Afwijkende
materialen 6
6 Suspensie 7
6.1 Algemeen 7
6.2 Omvang
onderzoek 7
7 Vervaardigen
vandecementbentoniet suspensie
8
7.1 Algemeen 8
7.2 Niet-voorgemengd
materiaal 8
7.3 Voorgemengd
materiaal 8
8
Levering
materialen
8
8.1 Algemeen 8
8.2 Cement 8
8.3 Bentoniet 9
8.4 Hulpstoffen 9
8.5 Verzwaarders 9
8.6 Voorgemengd
materiaal 9
8.7 Opslag
materialen 9
9 Vervaardiging
vaneencementbentoniet wand 9
10
Keuring
encontrole materialen, suspensieenverhard product
10
10.1 Algemeen 10
10.2 Ingangscontrole
grondstoffen,niet-voorgemengd mengsel 10
10.2.1 Algemeen 10
10.2.2 Cement 10
10.2.3 Bentoniet 10
10.2.4 Aanmaakwater 10
10.2.5 Hulpstoffen 11
10.2.6 Verzwaarders 11
10.3 Ingangscontrole
voorgemengdmateriaal 11
10.4 Bentoniet-
encementbentoniet suspensie 12
10.4.1 Bentoniet
suspensie 12
10.4.2
10.5
10.6
11
11.1
11.2
12
Cementbentoniet
suspensieensuspensie vanvoorgemengd materiaal
Cementbentoniet suspensieuitdesleuf
Verharde fase
Eisen, keuring encontrole, tweefasen uitvoering
Algemeen
Volumieke massacementbentoniet suspensie
Veiligheid, gezondheid enmilieu
Titels vanvermelde normen,Aanbevelingen enStandaard RAWBepalingen
CUR-Aanbeveling
84
12
13
13
14
14
15
15
16
Bijlagen:
Proefl
ProefIl
ProefIII
ProeflV
ProefV
ProefVl
ProefVII
ProefVlll Proeven
Bepaling waterdoorlatendheidscoefficient
Bepaling vandewaterafscheiding
Bepaling vandezwichtspanning
Bepaling vanhetfiltraatwaterverlies encakedikte (DIN4127)
Bepaling vandeviscositeit metdeMarsh-trechter
Bepaling vandevolumieke massavaneensuspensie
Bepaling vanhetzandgehalte
Bepaling vanhetvochtgehalte
18
18
23
24
26
27
27
28
28
CUR-Aanbeveling 84
OnderwerpDeze CUR-Aanbeveling geeftdefinities, classificaties eneisen voordematerialen, de
samenstelling endeeigenschappen vancementbentoniet voorcementbentoniet wanden
in civiel- enmilieutechnische constructies.TevensgeeftdezeAanbeveling eisenvoorde
keuring encontrole vandematerialen, desuspensie enhet verharde product.
Toelichting
De wijze vanvervaardigen vaneencementbentoniet wandkomtindeze Aan-
beveling nietaanbod. Hetzalduidelijk zijndatdeuitvoering groteinvloed heeft
op het uiteindelijke resultaat.Ontwerpaspecten vaneencementbentoniet wand
staan inCUR-rapport 189'Cement-bentoniet schermen'.
2 Toepassingsgebied
Deze CUR-Aanbeveling isvan toepassing opdema terialen voorcementbentoniet wanden
die worden aangebracht methetdoel:
het beperken vandeinvloed vaneenverlaging vanhetgrondwaterpeil ophet
waterpeil inde omgeving;
het beperken vandetoestroom vanwater naareendoor cementbentoniet wanden
afgeschermd gebied;
het tegengaan vandeverspreiding vanverontreinigd grondwater.
Toelichting
Reden vantoepassen kanbijvoorbeeld zijn:
het aanbrengen vaneenwand omschade tevoorkomen aangebouwen ofaan
vegetatie buitenhetgebied vandewanden alsdewaterstand binnenhet
gebied wordtverlaagd;
het beperken vandebenodigde pompcapaciteit bijeen verdiepte aanlegvan
infrastructuur;
het isoleren vanverontreinigde locaties.
3 Termenendefinities
3.1 Cementbentoniet wand:
een inde grond gevormde verticalewandvancementbentoniet, eventueelvoorzienvan
kunststof ofmetalen elementen.
3.2 Element:
een kunststof ofmetalen onderdeel vandecementbentoniet wanddatbijdraagt aande
waterdichtheid eneventueel aandesterkte enstijfheid vandiewand.
3.3 Snede:
een met behulp vaneengrijper offrees ineen arbeidsgang gegravengedeeltevandesleuf
ter breedte vandegrijper ofde frees.
3.4 Bentoniet:
een natuurlijke kleidievoor eenbelangrijk deelbestaat uithet kleimineraal montmoril-
loniet endie bijbevochtiging zwellendeeigenschappen vertoont.
3.5 Geactiveerde bentoniet:
van oorsprong eencalcium-bentoniet, waarbijdoortoevoeging vansoda (Na
2
C0
3),
de
calcium ioneninhet montmorilloniet zijnuitgewisseld voornatrium ionen.
3.6 Cementbentoniet suspensie:
het nog vloeibare mengselvancement, bentoniet, watereneventuele verzwaarders en
hulpstoffen.
3.7 Eenfasesysteem:
de wijze vanaanbrengen vaneencementbentonietwand, waarbijdecementbentoniet sus-
pensie voordewand tevens dientalssteunvloeistof voorhetinstand houden vandesleuf.
CUR-Aanbeveling84
Toelichting
De stabiliteit wordtverkregen doordesleuf gevuld tehouden metdesuspensie
tijdens hetgraven vandesleuf. Tijdens hetgraven vandesleuf wordt eenhoe-
veelheid vandedoorgraven grandopgenomen inde suspensie. Bijhet beoorde-
len van hetverharde productmoethiermee rekening gehouden worden.
3.8 Tweefasen systeem:
de wijze vanaanbrengen vaneencementbentoniet wand,waarbij desteunvloeistof voor
het instand houden vandesleuf eenandere suspensie isdan decementbentoniet suspen-
sie voor dewand.
Toelichting
De sleuf wordt tijdens hetgraven gestabiliseerd meteenbentoniet suspensie.
Na het bereiken vandegewenste dieptewordtdebentoniet suspensie vervangen
door dedefinitieve suspensie.
3.9 Sleuf:
een uitgraving tenbehoeve vaneencementbentoniet wand.
3.10 Verzwaarder:
een bouwstof diewordt toegepast omdevolumieke massavandecementbentoniet sus-
pensie tevergroten.
Toelichting
Verzwaarders wordentoegepast voordeverbetering vandestabiliteit vandesleuf
in de fase vanhetgraven. Verzwaarders kunnenookworden toegepast omde
definitieve suspensiebijeen tweefasen systeemeenzodanig volumegewicht te
geven datdebentoniet suspensie kanworden verdrongen.
Verzwaarders voordebentoniet suspensie zijn:dolomiet, hematiet, steenmeel of
fijn zand.
3.11 Filterca/(e:
het ingedikte mengselvanbentoniet encement datophet filterpapier achterblijftnahet
uitvoeren vandefilterpress proefbij7bar enna 7,5 minuut.
3.12 Filtraatwaterverlies:
de hoeveelheid uitgeperstwateruitdesuspensie na7,5 minuut, bijhet uitvoeren vande
filterpress proefbij7bar.
3.13 Methyleenblauwwaarde:
een indicatieve maatvoordeuitwisseling vankationen. Dezewaarde berustopdeadsorp-
tie van methyleenblauw aanhetbentonietoppervlak.
Toelichting
De uitwisseling vankationen isonder meerafhankelijk vanhetgehalte aanmont-
morilloniet.
3.14 Waterdoorlatendheidscoefficient:
een materiaalconstante diededoorlatendheid karakteriseertinm/s.
4 Indeling
4.1 Vervaardiging mengsel
Met betrekking totdesamenstelling vaneen cementbentoniet suspensiewordtonder-
scheid gemaakt in:
niet-voorgemengd mengsel;
voorgemengd mengsel,ookwelaangeduid alspremix.
CUR-Aanbeveling 84
Toelichting
Niet-voorgemengd mengselwordtopdebouwplaats samengesteld doorcement
of een cement-slurry aaneen bentoniet suspensie toetevoegen. Bijvoorgemengd
materiaal (premix)issprake vaneen 'kant-en-klaar' droogproduct waarbijonder
meer debentoniet enhet cement alfabrieksmatig zijnvoorgemengd. AIleen
water wordt hiera an nog toegevoegd.
4.2 Wijzeaanbrengen cementbentoniet wand
Op basis vandewijze vanaanbrengen vaneencementbentoniet wandwordt onderscheid
gemaakt ineen:
eenfase systeem;
tweefasen systeem.
Bij een eenfase systeem kansprake zijnvaneenaanvuIlende voorzieninginde vorm van
een kunststof ofmetalen element.
5 Materialen
5.1 Niet-voorgemengd mengse/
Bij een niet-voorgemengd mengselmoetendeuitgangsmaterialen tenminste voldoen aan
de in5.1.1 totenmet 5.1.4 genoemde eisen.
5. 1.1
Cement
Cement moetvoldoen aanNEN-EN 197-1.
5.1.2 Aanmaakwater
Indien geenleidingwater wordtgebruikt maarbijvoorbeeld grond-ofoppervlaktewater
moet ditwater vooraf opgeschiktheid wordenbeoordeeld enten minste voldoen aande
volgende eisen:
geleidingsvermogen, bepaaldvolgens NENISO7888, tenhoogste 1000!-tS/cm;
zuurgraad (pH-waarde), bepaaldvolgens NEN6411, tenminste 5,0enten hoogste 9,0.
5.1.3 Bentoniet
De bentoniet moetvoldoen aandeintabell genoemde eisen.
Tabell -
Eisen aanbentoniet
Eigenschap Bepalingsmethode
Vochtgehalte ProefBCUR-Aanbeveling 33
Maalfijnheid 2eontw-NEN 3976 els
:0;
13
%
(mjm)
zeefrest opzeef 125!-tm:o; 5%
(m
5.1.4 Hu/pstoffen enverzwaarders
Hulpstoffen enverzwaarders mogenworden toegepast indiendegeschiktheid door
middel vaneenonderzoek isaangetoond.
5.2 Voorgemengd materiaa/
Voor hetvervaardigen vandesuspensie metvoorgemengd materiaalwordtaanmaakwa-
ter toegevoegd, datmoet voldoen aandein5.1.2 gestelde eisen.
Toelichting
Op debouwplaats wordtaanhet'kant-en-klaar' droogproduct uitsluitend water
toegevoegd.
5.3 Afwijkende materia/en
Worden materialen toegepastdieniet voldoen aandein5.1 of5.2 gestelde eisenofwaaraan
in deze Aanbeveling geeneisen zijngesteld, danmoet vooraf dooronderzoek wordenaan-
getoond datdeermee vervaardigde suspensieen/ofhetverhardeproductvoldoetaande
overige eisenindeze Aanbeveling.
De aard enomvang vanhetonderzoek moetentussenpartijen naderworden overeenge-
komen.
CUR-Aanbeveling84
6 Suspensie
6. 1
Aigemeen
Voor hetvervaardigen vaneencementbentoniet wandmoetdoormiddel vanproeven
worden bepaald metwelke samenstelling vandecementbentoniet suspensiewordt
voldaan aandeeisen metbetrekking totdeverwerkbaarheid, destabiliteit vandesleuf en
de eigenschappen inverharde toestand.
Een eigenschap, diebijdit onderzoek tenminste moetworden beschouwd, isde door-
latendheid vanhetverharde product.Daarbijmoetrekening wordengehouden meteen
eventuele vervuiling vandegrond envan hetgrondwater terplaatse.
Toelichting
De testellen eisenaanhetcementbentoniet zulleninde praktijk wordenont-
leend aaneenstudie naardefunctie diedewand moetvervullen endeomstan-
digheden terplaatse. Voormeer informatie overdeaspecten diehierbij eenrol
spelen wordtverwezen naarCUR-rapport
189
'Cement-bentoniet schermen'.
De eigenschappen vandesuspensie enhet verharde productkunnen inbeperk-
te mate worden gevarieerd, ondermeerdoorwijzigingen inde hoeveelheid
bentoniet ofde hoeveelheid enhet type cement.
Van hetuiteindelijk gekozenmengsel, waarmee dewand wordt vervaardigd, moetten
behoeve vandecontrale tijdensdeuitvoering, inieder gevalworden vastgelegd:
de volumieke massa;
de uitstraomtijd;
het filtraatwaterverlies;
de waterafscheiding;
de zwichtspanning, indienhieraan eisenzijngesteld.
Van eeneventueel toetepassen verzwaarder moetentenminste worden bepaald:
de korrelverdeling;
het vochtgehalte;
de volumieke massa.
Proeven kunnenachterwege blijvenalsmet gegevens vanreeds uitgevoerde werkenin
vergelijkbare grandenvergelijkbare geohydrologische omstandighedenwordtaange-
toond datmet dedaar toegepaste cementbentoniet suspensieaandeeisen wordt voldaan.
6.2 Omvangonderzoek
De omvang vanhetonderzoek omdeeisen aandesamenstelling vandecementbentoniet
suspensie vasttestellen, isafhankelijk vandemate waarin stoffenaanwezig zijndiepoten-
tieel vaninvloed kunnen zijnopdeeigenschappen vandevervaardigde oftevervaardigen
cementbentoniet wand.
Indien hetgaat omgrond ofgrondwater zonderstoffendieeen negatieve invloedkunnen
hebben ophet functioneren vandevervaardigde cementbentoniet wand,moeten ten
minste tweemengselontwerpen wordenonderzocht alshistorische gegevensontbreken
van eerder uitgevoerde proevenvoorvergelijkbare werkenenomstandigheden.
Bevat degrond ofhetgrondwater stoffendieeen negatieve invloedhebben, danmoeten,
bij niet zanderige grand,tenminste tweemengselontwerpen wordenonderzocht. Daarbij
moet worden uitgegaan vanmengsels waarbij0en circa
15
%
(mjm)
grandwordtbijge-
mengd meteen(mate van)verantreiniging dierepresentatiefkan wordengeachtvoorde
situatie terplaatse. Bestaatdegrand uitzanderig materiaal danmoet additioneel een
mengsel met30%
(mjm)
bijgemengde grondworden onderzocht.
Indien hetgaat omgrondwater metmogelijk negatieve effecten,moetendemengsels
worden onderzocht gebruikmakend vanmonsters vanditgrondwater ofwater meteen
vergelijkbare samenstelling.
CUR-Aanbeveling 84
Toelichting
Bij het onderzoek zoalsomschreven indeze Aanbeveling wordtalleen gekeken
naar heteffect vanstoffen diepotentieel vaninvloed kunnen zijnopdeeigen-
schappen vandecementbentoniet suspensieenhet verharde product,kortnahet
vervaardigen.
In
relevante gevallenmoetrekening wordengehouden metlange
termijn effecten.
Voor hetuitvoeren vandeproeven wordtverwezen naarhoofdstuk 10van deze Aanbe-
veling
7 Vervaardigen vandecementbentoniet suspensie
7.
7
Aigemeen
Het vervaardigen vancementbentoniet-suspencie uitniet-voorgemengde mengselsmoet
plaats vinden volgens 7.2.Devervaardiging vancementbentoniet suspensieuitvoorge-
mengd materiaal (premix)moetplaatsvinden volgens7.3.
7.2 Niet-voorgemengd materiaal
Het mengen vanbentoniet enwater moetplaatsvinden meteenchargemenger ofmet een
elektronisch gestuurdecontinumenger incharges opbasis vanafgewogen hoeveelheden
bentonieten afgemetenhoeveelheden water.Daarna moethet mengselrijpen.Derijpings-
tijd van hetmengsel isafhankelijk vandetoegevoegde hoeveelheidmengenergie, maar
moet tenminste 4uur bedragen.
N adat hetbentonietmengsel voldoendeisgerijpt wordtdeafgewogen hoeveelheid cement,
alsmede eventuele hulp-entoeslagstoffen, toegevoegd.Hetverkregen mengselwordt
daarna vermengd. Hetcement magdroog ofin slurryvorm, vermengdmetwater, worden
toegevoegd. Bijtoevoeging vancement inslurryvorm moetdeverwerkingstijd inacht
worden genomen.
7.3 Voorgemengd materiaal
Het mengen vanvoorgemengd materiaal(depremix, bestaande uitbentoniet, cementen
eventuele verzwaarders enhulpstoffen) metwater moetplaatsvinden incharges opbasis
van afgewogen hoeveelheden. Hetmengen magopverschillende wijzenplaatsvinden,
indien isaangetoond datmet debetreffende mengmethode deovereengekomen reologi-
sche eigenschappen wordenbereikt.
Het met water gemengd voorgemengde materiaalmoetbinnen 4uur worden verwerkt.
8 levering materialen
8. 7
Aigemeen
Indien eenmateriaal wordtgeleverd meteencertificaat, waaropisvermeld datwordt
voldaan aandeindeze Aanbeveling opgenomeneisen,vervangt ditcertificaat dedocu-
menten alsgenoemd indit hoofdstuk.
Elke levering vancement, bentoniet, hulpstof,verzwaarder envan voorgemengd materi-
aal moet zijnvergezeld vaneendocument (ofafleveringsbon) waarintenminste isvermeld:
de handelsnaam;
de naam vandeproducent;
de herkomst;
de productiedatum ofbijbulkmateriaal dedatum waarop hetbulkmateriaal is
verzonden naarhetwerk;
de geleverde hoeveelheid;
de datum vanlevering.
Verder moeten dein8.2
t/m
8.6genoemde gegevensvoorhetbetreffende materiaal
worden vermeld.
8.2 Cement
Aanvullend ophet gestelde in8.1 moet ophet document verderzijnvermeld:
de cementsoort endesterkteklasse.
CUR-Aanbeveling84
8.3 Bentoniet
Aanvullend ophet gestelde in8.1 geldt datvoor levering algemene informatie moetworden
verstrekt overdetoe tepassen bentoniet inde vorm van:
het vochtgehalte;
het filtraatwaterverlies;
de korrelverdeling.
8.4 Hu/pstoffen
Aanvullend ophet gestelde in8.1 moet ophet document verderzijnvermeld:
de hoofdwerking.
8.5 Verzwaarders
Aanvullend ophet gestelde in8.1 moet ophet document verderzijnvermeld:
de volumieke massa;
de korrelverdeling.
8.6 Voorgemengd materiaa/
Aanvullend ophet gestelde in8.1 moet ophet document verderzijnvermeld:
de resultaten vandekeuringen volgens10.3;
de houdbaarheidsdatum.
8.7 Ops/agmateria/en
Materialen moetenzodanig wordenopgeslagen datdeeigenschappen alsgevolg vande
opslag nietnadelig worden beinvloed. Inhet bijzonder geldtdat:
de bentoniet zodanigmoetworden opgeslagen dathet vochtgehalte nietstijgt boven
de intabel1 (5.1.3)gestelde eisen;
de verzwaarder zodanigmoetworden opgeslagen dathet vochtgehalte nietstijgt
boven deintabel 2(10.2.6) gestelde eisen.
9 Vervaardiging vaneen cementbentoniet wand
Toelichting
Het ontwerpen vaneencementbentoniet wandmaakt geendeeluitvan deze
Aanbeveling. Voorachtergronden enontwerpaspecten wordtverwezen naar
CUR-publicatie 189'Cement-bentoniet schermen'.DezeAanbeveling beperkt
zich totaspecten dierelevant kunnenzijnvoor deeigenschappen vandecement-
bentoniet suspensie en/ofhetverhardemateriaal.
De temperatuur vandecementbentoniet suspensieinde sleuf magnietlager zijndan
+5
Dc.
Ermoet inhet ontwerp rekening wordengehouden methetgegeven datcement-
bentoniet nietvorstbestand is.Met eeneventueel tragereverharding bijlage temperatu-
ren moet rekening wordengehouden bijhet berekenen vandesleufstabiliteit.
Toelichting
De eisvan 5
°c
geldt voordecementbentoniet suspensie.Deomgevingstempe-
ratuur maglager zijnomdat degrondtemperatuur doorgaanshogeris.Ingeval
de wand aandebovenzijde bloatzalstaan aanvorst, kanervoor worden gekozen
de bovenste 0,5mvan dewand tevervaardigen uiteen ander materiaal ofaan-
vullende voorzieningen tetreffen.
Als nahet voltooien vaneensnede (wand) hetverschil inoverhoogte tussenhetniveau
van decementbentoniet suspensieenhet inhet bestek voorgeschreven niveauvande
bovenkant vandecementbentoniet wandkleiner isdan 0,5m,moet decementbentoniet
wand worden beschermd tegenuitdroging envorst totdat decementbentoniet devoor-
geschreven eigenschappen bezit.
CUR-Aanbeveling 84
Toelichting
Bovenstaande eisisbedoeld omtewaarborgen datook hetbovenste deelvande
wand voldoet aandeeisen indien geenoverhoogte wordtaangebracht maarde
wand precies opdevoorgeschreven hoogteinhet bestek wordtgerealiseerd.
Doorgaans zalhet meer praktisch zijnomwel een overhoogte toetepassen of
voor debovenste zoneeenander typeconstructie toetepassen.
10 Keuringencontrole materialen, suspensieenverhard product
7
0.7 Aigemeen
In dit hoofdstuk zijneisen opgenomen voordekeuring encontrole vandegrondstoffen,
de bentoniet- encementbentoniet suspensie,alsmedevanhetverharde product.
Toelichting
Voor hetdoelmatig kunnenuitvoeren vankeuringen ishet wenselijk opdebouw-
plaats eenlaboratorium interichten.
Indien alstolerantie eenpercentage wordtgenoemd, wordtsteeds eenrelatief percentage
bedoeld, tenzijanders isaangeven.
Toelichting
Onder relatief wordtbedoeld datdeopgegeven spreidinginprocenten betrekking
heeft ophet percentage vandeeis. Tien procent afwijking bijeen eisvan bij-
voorbeeld 25%betekent dusdatgoedkeuring plaatsvindtalshet resultaat vande
keuring ligttussen 22,5%en27,5%. Eentoelaatbare afwijkingvanabsoluut 10%
betekent indit geval datgoedkeuring plaatsvindtbijeen waarde tussen15%en
35%.
70.2 Ingangscontrole grondstoffen,niet-voorgemengd mengsel
70.2.7 Aigemeen
Genomen monstersmoetenworden gemerkt enluchtdicht verpaktworden bewaard tot
het tijdstip waarop dewand waarin hetmateriaal isverwerkt, isgoedgekeurd.
Keuring vandematerialen moetplaatsvinden opbasis vandeeigenschappen dieviahet
onderzoek volgenshoofdstuk 6zijn vastgesteld.
Toelichting
De monstername isbedoeld omineen later stadium eventueel proeventekun-
nen uitvoeren ophet betreffende materiaalofde cementbentoniet suspensieen
het verharde productvervaardigd metditmateriaal. Ditom nategaan ofde
gebruikte materialen vergelijkbaar zijnmet dematerialen diezijn gebruikt bijhet
vaststellen ofaan degestelde eisenisvoldaan.
70.2.2 Cement
Per levering moetvanhetcement eenmonster vancirca 3kg worden genomen.
In geval vantwijfel moethetcement worden onderzocht overeenkomstig NEN-EN197-1.
70.2.3. Bentoniet
Per levering moetvanhetbentoniet eenmonster vancirca 1kg worden genomen.
In geval vantwijfel moeten deeigenschappen vandebentonietworden gecontroleerdover-
eenkomstig 5.1.3.
70.2.4 Aanmaakwater
Bij water anders danleidingwater moetregelmatig hetgeleidingsvermogen endepH-
waarde worden bepaald overeenkomstig 5.1.2.
Aantal bepalingen
Het geleidingsvermogen endepH van hetaanmaakwater moetengedurende deuitvoe-
ring vandewand tenminste eenmaal perdag worden bepaald.
CUR-Aanbeveling84
Keuringscriterium
Voldaan moetworden aandeeisen gesteld in5.1.2.
10.2.5 Hulpstoffen
Per levering moetvandehulpstof eenmonster vancirca 2kg of2liter worden genomen.
In het geval vantwijfel moetdehulpstof wordenonderzocht opdekenmerken diezijn
vastgelegd bijhet onderzoek alsgenoemd in6.
Toelichting
Relatief eenvoudige bepalingendieeen beeld kunnen gevenofhetzelfde materi-
aal isgeleverd alsgebruik tijdenshetonderzoek volgens6.1zijn devolumieke
massa endepH-waarde.
10.2.6 Verzwaarders
Per levering moetvandeverzwaarder eenmonster vancirca 10kg worden genomen.
In geval vantwijfel moetdeverzwaarder naderworden onderzocht op:
het vochtgehalte, volgensNEN5112ofNEN 5113;
de volumieke massavandekorrels, volgens NEN 5111.
Indien ookdekorrelverdelingvan invloedis,moet dezeingeval vantwijfel worden bepaald.
Aantal bepalingen
Het vochtgehalte, devolumieke massaenindien relevant dekorrelverdeling, moetenin
drievoud wordenbepaald.
Keu ringscriteri
um
De gemiddelde resultatenmoetenvoldoen aandeeisen intabel 2.
Tabel 2- Eisen aanverzwaarders
Eigenschap EenheidEis
Korrelverdeling Dewaarde Msomag tenhoogste 15%afWijken vande
waarde vastgelegd volgens6.1
Vochtgehalte %(m/m) Tenhoogste +2%of-1,5% (absoluut) afwijkingvan
waarde vastgelegd volgens6.1
,----
-
~
~
Volumieke massakg/m Tenhoogste 20%meer bedragen danwaarde
vastgelegd volgens6.1
10.3 Ingangscontrole voorgemengdmateriaal
Per levering ophet werk, moeteenrepresentatief monsterwordengenomen vancirca 3
kg. Omdat hettrekken vaneenrepresentatief monsteruiteen bulkauto lastigis,mag met
de leverende fabriekworden afgesproken, dattijdens hetladen vandebulkauto een
monster wordtgenomen datvoor deingangscontrole wordtgebruikt.
Met hetgenomen monstermoetendeintabel 3genoemde proevenwordenuitgevoerd.
De resultaten moetenvoldoen aandedoor defabrikant opgegeven specificaties.
Het aantal proefstukken enbepalingen moetgelijk zijnaanhetaantal datin10.2 en10.4
is aangegeven voordebetreffende keuring.
Toelichting
Er wordt onderscheid gemaakttussenkeuringen dieopdefabriek worden uitge-
voerd enkeuringen ophet werk.
CUR-Aanbeveling 84
Proefl
Proef IA Bijlage:
Proeven
Bepaling waterdoorlatendheidscoefficient
Inleiding
Voor hetbepalen vandewaterdoorlatendheidscoefficient zijnindeel Adrie methoden
beschreven. Dezemethoden verschillen inde wijze waarop depreparatie vanproefstuk-
ken plaatsvindt endewijze waarop dedoorgestroomde hoeveelheidwordtgemeten.
In
de tekst vandeproeven wordtomwille vandeeenvoud steedsgesproken overwater.
Hiermee wordt,afhankelijk vanhetdoel vandeproef, leidingwater bedoelddanwelgrond-
water ofwater meteenvergelijkbare samenstelling alshet grondwater.
De berekening vanwaterdoorlatendheidscoefficient endewijze vanverslaglegging zijn
voor alledrie demethoden identiek.Vandaardatdeze berekeningsmethode enverslag-
legging isopgenomen indeel B.
Deel A:Proefstukvoorbereiding enproefUitvoering
Bepaling waterdoorlatendheidscoefficient, methodeCUR-Aanbeveling 33
Doel entoepassing
Dit voorschrift beschrijfteenmeetmethode voordebepaling vandewaterdoorlatend-
heidscoefficient aanproefstukken cementbentoniet doormiddel vandoorstroming met
water. Demeting wordtverricht aaneen ineen mal gegoten enverhard cementbentoniet,
dat inhet laboratorium isbereid ofuit het werk isgenomen.
Principe
De proef iseen voor cementbentoniet aangepasteversievanproef G,zoals opgenomen
van CURjPBV-Aanbeveling 33'Granulaire afdichtingslagen opbasis vanzandbentoniet
al dan niet incombinatie metkunststof geomembranen'.
Een proefstuk metvaste afmetingen wordtineen meetcel gebracht. Hetproefstuk wordt
door eenwaterkolom ondereenconstant verhanggezetenwordt vanbovenaf doorstroomd
met water. Dedoor hetmonster gestroomde hoeveelheid vloeistofindetijd wordt gemeten.
Benodigdheden
Apparatuur: Materiaal:
G rondstoffen: balans
(meetnauwkeurigheid 0,1g),meetopstelling volgensfiguur
I-I.
mal
(0
=150 mm, h= 150 mm), deksel
(0
150 mm).
leiding- enjofgrondwater ofwater meteenvergelijkbare samenstelling
als grondwater, cementbentoniet, bentonietkorrels,drainage zand.
Voorbereiding
Na menging wordtdecementbentoniet suspensieinmallen meteeninwendige diame-
ter van 150mm gegoten. Demallen dienenzohoog tezijn dat,rekening houdend met
uitzakking vandesuspensie, eenproefstukhoogte van(100±5) mmkanworden gereali-
seerd. Decementbentoniet suspensiemoetgedurende eenbepaalde periode(14,28,56of
meer dagen) verharden bijeen temperatuur van(20±2) DC,zonder dathet kan uitdrogen.
De meetcel (ziefiguur I-I)wordt geprepareerd dooronder ineen laag verdicht draineer-
zand aantebrengen. Ditdraineerzand wordtverzadigd metwater endeafvoerbuisjes
worden gevuld.Vervolgens wordthetproefstuk uitdemal verwijderd, opmaat gemaakt
en inde opstelling gezet.Deruimte tussendezijkant enhet proefstuk wordtlaagsgewijs
opgevuld metbentonietkorrels enjofbentonietpasta. Demeetcel wordtafgevuld metdrai-
neerzand, datwordt verdicht envervolgens wordtverzadigd. Nainbouwen wordtde
meetcel aangesloten ophet drukvat enwordt demeetcel aandebovenzijde ontlucht.
Om heteffect vaneventuele randlekkage teelimineren isde meetcel incompartimenten
verdeeld, dooreenonder inde cel geplaatste binnenring meteendiameter vancirca 106
mm. Hetproefstuk wordtopdeze binnenring gezet.Hetwater datinde binnenring wordt
opgevangen wordtapartvanhetwater, datbuiten debinnenring wordtopgevangen,
gekwantificeerd. Inprincipe wordtdeberekening vandewaterdoorlatendheidscoefficient
op grond vanhetinde binnenring opgevangen wateruitgevoerd.
CUR-Aanbeveling84
6
4
7
7
9
12
10
1 zand
2 praefsluk
3 afdichling
4 afdichlingsring (rubber)
5 binnenring 6
anlluchlingsnippel
7 apvangfles
8 afsluilkraan
9 reduceer venliel(1aim)
10 reduceer venliel(0,3aim) 11
compressor (12aim)
12 drukval
13 verdeelleiding
ProeflB
Fig.
I
-1. M
eetopstelling bepalingwaterdoorlatendheidscoefficient
Gemeten wordtvolgens hetprincipe vande'constant head'-methode. Hierbijwordthet
monster ondereenconstant verhanggedurende 24uur doorstroomd.
Uitvoering
Stel hetverhang
i
in op 30, dewaterdruk moet3meter bedragen bijeen proefstukhoogte
van 100mm. Weeg hetlege opvangvaatje. Plaatshetopvangvaatje onderdeuitlopen van
de meetcel. Noteerdatumentijd. Meet direct voordeuitvoering vandeproef detempe-
ratuur vanhetwater. Weegnacirca 24uur deopvangvaatjes. Noteerdatumentijd. Meet
de temperatuur vanhetdoorstromende water.
Herhaal dewegingen gedurende tenminste 24uur oftot enmet devijfde meetdag, afhan-
kelijk vanhetdoel vandeproef (5dagen indien moetworden aangetoond dataan de
gestelde eiskan worden voldaan), oflangeralsblijkt datdek-waarde duidelijk afneemtin
de tijd. Ledig deopvangvaatjes indiennoodzakelijk.
Een cumulatieve wegingheeftdevoorkeur. Hetwatervanmeetdag 1wordt danbijmeetdag
2 meegewogen enzoverder. Beoordeel hetproefstuk visueelopgebreken nahet beein-
digen vandemetingen enhet uitbouwen. Bepaaleventueel opnieuwdevolumieke massa.
Voor deberekening vandewaterdoorlatendheidscoefficient endewijze waarop dever-
slaglegging moetplaatsvinden wordtverwezen naardeelB.
Bepaling waterdoorlatendheidscoefficient, methodemettriaxiaalcel
Doel entoepassing
Dit voorschrift beschrijftdemethode voordebepaling vandewaterdoorlatendheidscoef-
ficient vanproefstukken vanverhard cementbentoniet ineen triaxiaalcel.
Benodigdheden
Apparatuur:
Materiaal:
G rondstoffen: balans
meteenmeetnauwkeurigheid vantenminste 1%van dedoor-
stroomde hoeveelheid water,meetopstelling volgensfiguur
1-2
en
beschreven inDIN 18130, art.8.2, apparatuur voorhetaanbrengen van
de gewenste waterdruk, thermometer meteennauwkeurigheid vanten
minste 1°C,zaagmachine.
waterbad gevuldmetleidingwater meteentemperatuur van(20±2) °C,
vormvaste kunststofbuis meteenbinnendiameter dieovereenkomt met
de gebruikte apparatuur enbij voorkeur tenminste 50mm, deksels voor
het afdichten vandekunststof buis,opvangvaatjes voorhetdoor-
stroomde watermeteenvoldoende capaciteit,voorzienvaneenminus-
cuul ontluchtingsgaatje meteenmaximale doorsnede van0,5mm.
ontlucht leidingwater, cementbentoniet, oliemet eenzeer lageviscosi-
teit, kleurstof, wateren/ofgrondwater ofwater meteenvergelijkbare
samenstelling alshet grondwater.
CUR-Aanbeveling 84
Proefstukken
De proefstukken wordengegoten inde kunststofbuis dieaan deonderzijde isafgesloten
door eendeksel. Hetcementbentoniet wordtvooraf gehomogeniseerd. Debuis wordt voor-
zichtig gevuldzodatinsluiting vanlucht wordt beperkt. Nahet vullen wordtdebuis aan
de bovenzijde eveneensafgesloten meteendeksel. Deproefstukken methetonverharde
cementbentoniet wordeninhet waterbad geplaatst. Dedeksels kunnen naenkele dagen,
na het verharden vanhetcementbentoniet, wordenverwijderd.
Na verharding, kortvoor hetinbouwen inde meetapparatuur, wordteenproefstuk met
een hoogte gelijkaandediameter uithet uitdebuis gedrukte monstergezaagd. Deonder-
en bovenzijde vanhetproefstuk moetenhaakszijntenopzichte vandezijkant. Contro-
leer dehaaksheid metbehulp vaneenwinkelhaak.
Het zagen moetmetvoldoende waterworden uitgevoerd zodathetdichtsmeren vande
zaagvlakken wordtvoorkomen.
Bepaal dedoorsnede endehoogte vanhetproefstuk meteennauwkeurigheid van1mm.
Bepaal tevensdevolumieke massa.
Voorbereiding
Breng opdeonderplaat eenfiltersteen aan.Plaats opdefiltersteen hetproefstuk. Boven
op het proefstuk wordtwederom eenfiltersteen aangebracht enplaats hierop deboven-
plaat. Breng omhetgeheel hetmembraan aanenzet het membraan metO-ringen vast
op deonder- enbovenplaat.
13
14
~-:-::-:-:-:-:-:-:-:-:-:~-:~-:-:-
2
3
4
5
6
.7
J_.
8
14
9
14
11
P12
Fig. 1-2.Bepaling waterdoorlatendheidscoefficient triaxiaalcel
1. deksel
2. bovenplaat metspiraalvormige uitspa-
ringen bovendefiltersteen
3. filtersteen met
kfilter?:
10
=
kmonster
4. monster
5. membraam metO-ringen
6. bodemplaat
7. glazenbuis metbeluchtingsopening
0< Imm
8. maatcilinder t.b.v.bepaling vande
hoeveelheid doorstromend water(met
afdichting tervoorkoming vanverdam-
ping) 9.
overdruk meetapparaat
11. voorraadvat metontlucht water
12. toevoer voorontlucht water
13. toevoer vanwater voorsteundruk
03
14. kraan
10
hoogte monster
p
drukregelaar
PROEFIe
CUR-Aanbeveling
84
Laat zeer voorzichtig watertoestromen naarhetproefstuk. Allelucht inde leidingen, slan-
getjes entussen hetmembraan enhet proefstuk wordenverdreven. Vulhiema decel,
voeg deldeurstof toeenbreng deceldruk aan.
Uitvoering onderzoek
Stel hetverhang
i
in op 30, dewaterdruk moet3m bedragen bijeen proefstukhoogte van
100 mm. Weeg hetlege opvangvaatje. Plaatshetopvangvaatje onderdeuitloop vande
meetcel. Noteerdatumentijd. Meet detemperatuur vanhetwater voordebepaling van
de waterdoorlatendheid. Weegnacirca 24uur deopvangvaatjes. Noteerdatumentijd.
Meet detemperatuur vanhetdoorstromende water.
Herhaal dewegingen totminimaal 24uur ofde vijfde meetdag, afhankelijk vanhetdoel
van deproef (5dagen indien moetworden aangetoond dataan degestelde eiskan worden
voldaan), oflangeralsblijkt datdek-waarde duidelijk afneemtinde tijd. Ledig deopvang-
vaatjes indiennoodzakelijk.
Een cumulatieve wegingheeftdevoorkeur. Hetwatervan meetdag1wordt danbijmeetdag
2 meegewogen, enzoverder. Constateren vankleurstofin hetopgevangen doorstromende
water duidtoplekkages. Verhelpdezeenbegin opnieuw.
Beoordeel hetproefstuk visueelopgebreken nahet beeindigen vandemetingen enhet
uitbouwen. Bepaaleventueel opnieuwdevolumieke massa.
Voor deberekening vandewaterdoorlatendheidscoefficient endewijze waarop dever-
slaglegging moetplaatsvinden wordtverwezen naardeelB.
Bepaling waterdoorlatendheidscoefficient, methodeDiemerzeedijk
Doel entoepassing
Dit voorschrift beschrijfteenmeetmethode voordebepaling vandewaterdoorlatend-
heidscoefficient aanproefstukken cementbentoniet doormiddel vandoorstroming met
water ofeen andere vloeistof. Demeting wordtverricht aaneenineen mal gegoten en
verharde cementbentoniet suspensie.Desuspensie kanzowel inhet laboratorium zijn
bereid ofuit het werk zijngenomen.
Principe De proef iseen uitvoering vande'constant head'-methode voorbepaling vandewater-
doorlatendheidscoefficient vaneenmateriaal. Deproefheeft verwantschap metdeProef
G, zoals beschreven inCUR/PBV-Aanbeveling 33.
Het proefstuk wordtgeproduceerd doorvloeibare cementbentoniet ineen kunststofmal
te gieten endesuspensie telaten verharden. Ophet beproevingstijdstip wordthetproef-
stuk oplengte gezaagd enhorizontaal doorstroomd metvloeistof ondereenconstant
verhang. Dedoor hetproefstuk stromende hceveelheid vloeistofwordtinde tijd gemeten.
Benodigdheden
Apparatuur:
Materiaal:
Grondstoffen: balans
(meetnauwkeurigheid 0,1g),meetopstelling volgensfiguurAI,
menger, cirkelzaag.
mal
(0
100 mm inwendig,
h
=
70 mm), deksels
(0
110 mm).
leidingwater, cementbentoniet, wateren/ofgrondwater ofwater met
een vergelijkbare samenstelling alshet grondwater.
Voorbereiding
Na menging wordthetcementbentoniet inmallen meteeninwendige diametervan100
mm gegoten. Demallen dienenzohoog tezijn dat,rekening houdende metuitzakking
van desuspensie, eenproefstuk meteenhoogte van70mm kanworden gerealiseerd. De
suspensie moetgedurende eenbepaalde periode(14,28,56ofmeer dagen) ondernatte
omstandigheden verhardenbijeen temperatuur van(20±1)
Dc.
Zodra hetproefstuk moetworden doorstroomd, wordtdemal met proefstuk afgekortop
(70±0,5) mmmeteencirkelzaag. Demal wordt aanbeide zijden afgesloten meteendeksel
met nippel enineen horizontale positievastgezet. Aandeinstroomzijde wordtopde
CUR-Aanbeveling 84
nippel deaanvoerslang vanuiteenvloeistofreservoir aangesloten.Deruimte tussenproef-
stuk endeksel wordtgevuld metdoorstromingsvloeistof enzorgvuldig ontlucht.Het
niveau inhet vloeistofreservoir wordtopeen constant peilgehouden.
Aan deuitstroomzijde wordtderuimte tussenproefstuk endeksel eveneens gevuldmet
doorstromingsvloeistof enzorgvuldig ontlucht.Deafvoerslang wordtviaeen opwaartse
Ius ineen afgesloten £Iesgevoerd, waaruitgeenvocht kanverdampen. Deatmosferische
druk inde £Ies wordt gehandhaafd viaeen lege slang waarin eenwaterslot wordtgehand-
haafd. Plaats bijvoorkeur degehele opstelling ineen ruimte metconstante (geconditioneerde)
temperatuur.
Uitvoering
Stel hetverhang
i
in op 30, het drukhoogteverschil overhetmonster moet2100mmbedra-
gen bijeen proefstuklengte van70mm. Weeg deopvangfles. Noteerdatumentijd. Meet
de temperatuur vanhetwater. Weegnacirca 24uur deopvangfles opnieuw.Noteerook
dan datum, tijdentemperatuur vanhetdoorstromende water.
Meet dehoeveelheid doorstromingsvloeistof gedurendetenminste 24uur. Dedoorstro-
ming kanworden gestoptzodradehoeveelheid doorstromingswater constantisgewor-
den danwelhetwaterbezwaar ligtbene dendetoegestane hoeveelheid volgenshetbestek
en geen toename inde doorlatendheid iste verwachten. Ledigdeopvangflessen indien
noodzakelijk. Een cumulatieve wegingheeft devoorkeur. Deopbrengst vanmeetdag 1wordt danbij
die van meetdag 2meegewogen, enzoverder.
Voor deberekening vandewaterdoorlatendheidscoefficient endewijze waarop dever-
slaglegging moetplaatsvinden wordtverwezen naardeelB.
DEEL B:Berekening
en
verslaglegging
Berekening
De interval k-waarde wordtmeteennauwkeurigheid vantwee significante cijfers
(bijv. 1,0'10
9
m/s) alsvoIgt berekend:
k=~'10·6 A·
i·
t
waann:
k
isde waterdoorlatendheidscoefficient, inm/s;
Q isde hoeveelheid opgevangen percolaat,inm
3;
A ishet doorstroomde oppervlak,gelijkaanhetoppervlak vandebinnenring ofhet
proefstuk, inm2;
is de tijdsduur waarindehoeveelheid percolaat
Q
is opgevangen, ins;
i
ishet verhang (hydraulische gradient),gelijkaan
I1H/h;
I1H ishet drukhoogteverschil tussenonder-enbovenzijde vanhetproefstuk, inm
waterkolom;
h
isde hoogte vanhetproefstuk, inm.
Corrigeer dewaterdoorlatendheidscoefficient voordetemperatuur. Dewaterdoorlatend-
heidscoefficient wordtalsvoIgt omgerekend naareentemperatuur van10°C.
k
=(
1,359 ).
k
=
a'
k
10 TT
1
+
0,0337' T
+
0,00022 .
'f2
waarin: T isde gemeten watertemperatuur, in°C;
a
isde correctiefactor zoalsvermeld inonderstaande tabel.
Tabel 1-1:
Omrekenfactoren
Temperatuur T
Cc)
5
a
1,15810
1,000
15
0,874 20
0,771
25
0,686
ProefII CUR-Aanbeveling
84
Leg ineen grafiek hetverloop vandeinterval k-waarde inde tijd vast. Opdey-as met een
logaritmische schaalwordtdeinterval k-waarde weergegeven. Opdex-as wordt detijd
weergegeven waarbijhettijdstip halverwege eeninterval wordtgekozen.
Bereken uitdeinterval k-waarden eengemiddelde k-waardedoordelaatste
n
interval
k-
waarden temiddelen
(n
bijv. 3).
De berekening vanhetmeetkundige gemiddeldeisals voIgt:
waarin:
k
ishet meetkundig gemiddeldevandek-waarde, inmjs;
k
i
isde k-waarde vandeinterval
i,
in mjs;
n
ishet aantal interval k-waarden datwordt gemiddeld.
Verslag
In
het verslag moeten devolgende gegevens wordenopgenomen:
De waterdoorlatendheid vanhetproefstuk;
Het berekende meetkundige gemiddelde;
Een grafische weergave vandewaterdoorlatendheid;
Een verwijzing naarhetproefvoorschrift.
Een beschrijving vanhetproefstuk meto.a.:
productiedatum; codering;
conditie bewaring;
ouderdom bijaanvang vandemetingen;
datum aankomst laboratorium;
conditie bijontvangst laboratorium;
afmetingen.
Bepaling vandewaterafscheiding
Doel entoepassing
De waterafscheiding vaneencementbentoniet suspensieishet volume vandesuspensie,
dat alsgevolg vanuitzakken vancement- enbentonietdeeltjes alswater opdesuspensie
achter blijft.Dewaterafscheiding wordtgemeten ineen hoge maatcilinder.
Principe
Een cementbentoniet suspensiewordtgedurende eenbepaalde tijdineen hoge maatci-
linder gebracht, waarnadewaterafscheiding wordtgemeten.
Benodigdheden
Apparatuur: Materiaal:
G rondstoffen: stopwatch
ofklokmetsecondeaanduiding
hoog model maatcilinder meteenwerkende inhoudvan1liter, aflees-
baar op10ml
cementbentoniet suspensie.
Uitvoering
Vul demaatcilinder met1000 mlcementbentoniet suspensie.Bijaanvang vandemeting
mag ergeen water opdesuspensie staan.Startdirect nahet vullen destopwatch oflees
de tijd afop deklok enlaat demaatcilinder gedurendedemeetperiode onaangeroerd staan.
Op het gewenste tijdstipwordtgenoteerd opwelk niveau inml het scheidingsvlak tussen
de cementbentoniet suspensieenhet hieruit afgescheiden waterzichbevindt (Aml).
CUR-Aanbeveling 84
PROEF III Berekening
Bereken dewaterafscheiding, inprocenten, als:
1000 -A .100%
1000
De waterafscheiding moetworden berekend meteennauwkeurigheid van0,1
%
(V/V) en
uitgedrukt ineen volumepercentage.
Bepaling vandezwichtspanning
Doel entoepassing
In
dit onderdeel wordendriemethoden omschreven voorhetbepalen vandezwicht-
spanning vaneen(cement)-bentoniet suspensie.MethodeAbeschrijft demeting metde
Larumeter, methodeBmet het'Pendelgerat' enmethode Cmet het'Kufelharfengerat'.
Proef iliABepaling vandezwichtspanning metdeLariimeter
Doel entoepassing
Dit voorschrift beschrijfteenmethode omdezwichtspanning vaneen (cement)-bentoniet
suspensie tebepalen.
Principe
Twee opeen asgemonteerde kogelsworden inde suspensie gebracht.Doordeaste
draaien, zalbijeen zekere belasting (torsie)deasgaan ronddraaien. Opditmoment
'zwicht' desuspensie enneemt detorsiekracht sterkaf.De maximum belastingdiede
suspensie kanopnemen wordtalszwichtspanning betiteld.
Benodigdheden
Apparatuur: Materiaal:
Grondstof: Larumeter
bakje (cement)-bentoniet suspensie
Uitvoering
Giet desuspensie ineen bakje metstevige vlakkeondergrond. Bepaaldetemperatuur van
de suspensie. PlaatsdeLarumeter inde suspensie opdebodem vanhetbakje. Detors ie-
bollen moeten zichtenminste tweemaal dediameter vandebollen onderhetoppervlak
van desuspensie bevinden. Draaideplexiglaskolom voorzichtiginde richting vandepijl
en bepaal verdervolgens voorschrift dezwichtspanning vandesuspensie.
proef IIIBBepaling zwichtspanning
T
f
met het'Pendelgerot' (DIN4727)
Het 'Pendelgerat' bestaatuiteen kogel meteendiameter
d
en een gewicht G,die aan een
zeer dunne draadineen vatmet hetteonderzoeken mengselhangt(ziefig.III-I). Hette
kiezen volume vanhetmengsel hangtafvan dediameter vandekogel.
Het vatendeophangdraad moetenvanuitdeuitgangspositie binnen30seconden zander
onderling contactmeteensnelheid van3cmjs naardeeindpositie verschoven kunnen
worden.
Voor hetonderzoek vanthixotrope vloeistoffen moethetmengsel eerstkrachtig inbewe-
ging gebracht kunnenworden. Tenslotte moetnogeenschaalverdeling voordemeting
van deafwijking
a
uit deverticaal beschikbaar zijn.
Het teonderzoeken mengselmethetvolumegewicht
gf
wordt meteenroerder gedurende
1 minuut intensief geroerd.Nahet verwijderen vanderoerder wordt,zodrahetmengsel
tot rust gekomen is,detijdmeting aangevangen enwordt dekogel zoverticaal mogelijk
ingebracht. Tussen8seconden en30seconden voorheteinde vandevoorgenomen rust-
tijd
t,
die voor bentoniet op16uur moet worden aangehouden, wordenhetvatmet het
mengsel endeophanging vandekogel dusdanig integengestelde richtingverschoven dat
aan heteinde vandevoorziene tijdvan thixotrope opstijvingdeeindpositie bereiktwordt.
CUR-Aanbeveling84
Die eindpositie isbinnen dedoor figuuy A3aangegeven grensvrijtekiezen, echterzalde
ophangdraad terhoogte vanhetoppervlak vanhetmengsel eenweg moeten hebbenafge-
legd vantenminste 150mm. Naverloop vandevolgende 60seconden wordtdeuitwij-
kingshoek
a
afgelezen. Dezwichtspanning wordtdanalsvoIgt berekend:
r
f(t,T)
=
0,15·
d·(Y-Y
f) .
sin
a
Tijdens deproef moetdetemperatuur constantgehouden wordenmeteentoelaatbare
variatie van
±
2
0c.
Devariatiecoefficient bijgelijke omstandigheden mag25%bedragen.
MaBel" em
~I
'"
I:;
'"
lri
""
~-
""
'$
:;
~,
,9.5
3.'
~&L-
f
I
I
24.5
~4
34
126,3
92.3
fig. III-I. Schematische
opstelling vanhet'Pendelgerat'
[bron: DIN4127]. Fig.
III-2. Het'Kugelharfengerat'.
proef
lIIe
Bepaling vandezwichtspanning methet'Kugelharfengeriit'
(DIN4126)
Meetprincipe
Verscheidene glazen-enstalen kogeltjes metverschillende diameterswordengelijktijdig
in de teonderzoeken vloeistofgedompeld. Bijeen bepaalde dichtheid vandeteonder-
zoeken vloeistofbehoort bijelk van deze kogeltjes eenandere kritische zwichtspanning,
voor welke hetkogeltje inde vloeistofin eenzwevende toestand blijft. Kogeltjes, waarvoor
de kritische zwichtspanning kleinerisdan dezwichtspanning vandevloeistof, drijvenop
de vloeistof, terwijldekogeltjes, waarvoordekritische zwichtspanning groteris,zinken.
De kogeltjes zijninde volgorde vaneentoenemende kritischezwichtspanning genum-
merd. De zwichtspanning vandeteonderzoeken vloeistofligtderhalvetussendekritische zwicht-
spanning vanhetkogeltje methethoogste nummer, datnog drijft endekritische zwicht-
spanning vanhetkogeltje methetlaagste nummer, datnog zinkt.
De kritische zwichtspanningen vanallekogeltjes voorvloeistoffen meteenvolumieke
dichtheid r
f
tussen 1020kg/m3 en1320 kg/m3 zijnverzameld intabel III-I.
Beschrijving vanhet'Kugelharfengeriit'
(figuur
111-2)
De kogeltjes hangenmeteenperlondraad aaneen schijf, dieweer aaneenashangt. Ten
behoeve vandemeting wordtdeschijf ineen standaard gehangen, waarmeedeschijf
langzaam inverticale zinbewogen kanworden. Opdeze wijze worden dekogeltjes voor-
zichtig ophet oppervlak vandeteonderzoeken vloeistofaangebracht, respectievelijk afge-
zonken.
Na demeting moeten dekogeltjes gereinigd wordenenvervolgens gedroogd.Hetdrogen
wordt bevorderd meteenventilator zonderwarme lucht.
CUR-Aanbeveling 84
Proef IV De
kogeltjes zijnzonodig eenvoudig tevervangen, omdatnahet verwijderen vaneen
klemring hetdraadje uitdeschijf getild kanworden.
Tot deuitrusting behoren:
? standaard met2apparaten;
? 2doorzichtige cilindersmeteeninhoud vanongeveer 1liter, waarvan deeen met de
te onderzoeken vloeistofgevuldwordtendeander metwater;
? agitator omdeteonderzoeken vloeistofinbeweging tebrengen;
? tafelventilator.
Gebruiksaanwijzing vanhet'Kugelharfengeriit'
De schijf wordt methaar asin de standaard geplaatst.Dedoorzichtige cilinder(inhoud
circa 1liter) wordt totdemaatstreep metdeteonderzoeken vloeistofgevuld.Omdethixo-
trope opstijving teniet tedoen, wordt metdeagitator devloeistofkrachtig envolledig in
beweging gebracht.Decilinder wordtonderhet'Kugelharfenrat' geplaatst.Gedurende de
proef magdetemperatuur nietmeer dan2°C afwijken vandegewenste temperatuur.
Via dehefboom wordtdeschijflangzaam zodanignaarbenedenbewogen datdekogel-
tjes hetoppervlak vandeteonderzoeken vloeistofbereiken nadevooraf opgegeven tijd
voor thixotrope opstijving. Bijmeting vandezwichtspanning
if
isdit 1minuut. Daarna
zakken dekogeltjes weginde vloeistof ofblijven zedrijven.
De draadjes vandewegzinkende kogeltjesblijvengespannen, dedraadjes vandedrij-
vende kogeltjes wordengebogen. Opdeschijf zijndekogeltjes oplopend genummerd.
Het laagste nummer vanhetwegzakkende kogeltjewordtgenoteerd.
De schijf wordt uitdestandaard gehaaldendekogeltjes wordenineen met water gevulde
cilinder gereinigd doordeschijfheen enweer tedraaien.
De schijf wordt metdekogeltjes opeen absorberende onderlaaggeplaatst,vervolgens aan
de asopgehangen eninde luchtstroom vaneenventilator gedroogd.
Het apparaat kanweer gebruikt wordenzodradekogeltjes gedroogd zijn.Dedroogtijd in
de luchtstroom vaneenventilator correspondeert ongeveermeteenmeetcyclus, zodat
met 2apparaten nagenoegcontinugemeten kanworden.
Tabel III-I.Bepaling vandezwichtspanning
if
in N1m2 met het'Kugelharfengerat'.
-~~-
I
volumieke
massaing/cm3
diameter gewicht
Nr Materiaal mm
g1,02
1,071,12 1,171,221,271,32
1 glas 2,90,033 6,96,76,56,26,05,85,7
2 4,2
0,105 10,09,79,49,08,78,48,1
- -~_.-_.
---
3 5,8
0,26 13,813,412,9 12,512,111,611,2
4 7,60,60 18,117,516,9 16,415,815,214,7
- ..-
5 10,61,59 25,224,423,6 22,822,021,320,5
_H ------
6 15,1
4,70 35,934,833,6 32,531,430,329,2
7 staal 4,0
0,26 39,839,539,2 38,938,638,338,0
-
8 5,0
0,51 49,8
49,549,1
48,748,4
48,047,6
:--- ----
9 6,0
0,87 59,759,358,8 58,4
57,957,557,0
~- -
10 7,01,39 70,069,568,968,467,967,466,9
Toelichting
Opgegeven waardenzijnindicatief enmoeten worden getoetst aandewaarden
zoals opgegeven doordeleverancier vanhetmeetinstrument.
Bepaling vanhetfiltraatwaterverlies encakedikte (DIN4127)
Voor deproef wordt eencilinder gebruikt meteeninwendige diametervan76,2 mm en
een hoogte vantenminste 63,5mm. Decilinder wordtmeteendeksel meteenpakking-
ring afgesloten. Dedeksel wordtmetbehulp vaneenineen frame aangebrachte schroef
tegen decilinder gedrukt. Inde deksel iseen opening aangebracht, waardoorgasdrukaan-
gebracht kanworden. Debodem vandecilinder ismet filterpapier afgesloten.Hetfilter-
papier rustopeen draadzeef. Onderdedraadzeef iseen voetplaat aangebracht meteen
aftapmogelijkheid. Hetvrije filteroppervlak moetprecies 45,1cm2zijn. Dehoogte vande
aan tebrengen gasdrukmoet7bar zijn met eentolerantie van
±
0,35 bar.Alsaandrijfgas
ProefV
ProefVI CUR-Aanbeveling
84
kan lucht, stikstof ofkooldioxyde gebruiktworden. Dedruk moet regelbaar zijn.Voor de
meting vandehoeveelheid uitgeperstwatermoeteenmeetcilinder gebruiktwordenmet
een meetnauwkeurigheid vantenminste 0,5cm3?
De cilinder wordttotcirca 10mm onder debovenrand gevuldmethetteonderzoeken
mengsel. Vervolgens wordtovereenperiode van30seconden eenoverdruk van(7±0,3S)
bar aangebracht. Hetvolume vanhetfiltraat waterwordt gemeten vanafdattijdstip gedu-
rende eenperiode van7,5minuten; ditvolume wordthetfilterverlies genoemd.
De temperatuur vanhetmonster moetzijn(20±2)
0c.
Bij gelijke omstandigheden kandestandaardvariatie 2,0cm3 zijn.
Met deze proef wordt eveneens decakedikte gemetendienahet tijdsverloop van7,5
minuten ophet filterpapier isafgezet.
Bepaling vandeviscositeit metdeMarsh-trechter
Doel vandeproef
Bepaling vandezogenaamde 'Marsh-trechtertijd' vaneensuspensie. DeMarsh-trechter-
tijd iseen maat voordeviscositeit.
Benodigdheden: Marsh-trechter (volgensAPI-Norm);
De inhoud vandetrechter bedraagt 1500cm3?Hetvulniveau isdoor middel vaneen
rand aangegeven. Aandebovenzijde iseen draadzeefbevestigd meteenzeefope-
ning van1,6mm. DeMarsh-trechter dientverticaal opgesteld tezijn.
1000 mlmaatcilinder metmaatverdeling;
stopwatch ofldokmetsecondeaanduiding;
thermometer; 3 liter kunststofbeker.
Uitvoering
De trechter wordtopdestandaard geplaatstofbevestigd tegeneenmuur. Deuitstroom-
opening wordtmetdevinger dichtgehouden. Deteonderzoeken suspensiewordtnahet
bevochtigen vandetrechter, metdekunststofbeker viadedraadzeefin detrechter gegoten
tot aan demerkstreep. Na30seconden laatmen desuspensie uitstromen entegelijker-
tijd wordt destopwatch gestartofde tijd opdeldok afgelezen.
De suspensie vloeitbijgeringe valhoogte inde onder detrechter staandemaatcilinder.
Exact bij1000 mlwordt destopwatch weeringedrukt ofmoet detijd opdeklok worden
afgelezen enwordt debenodigde uitstroomtijd voor1000mlbepaald. Detemperatuur van
de suspensie wordtgemeten.
Rapportage
Gerapporteerd wordtdeuitstroomtijd inseconden. Bovendien wordtdetemperatuur van
de suspensie gegeven.
Opmerkingen
De API-Norm heeftbetrekking opeen uitlooptijd vooreenvolume van946ml.
Een liter water heefteendoorlooptijd van(28±0,S) s.
Bepaling vandevolumieke massavaneensuspensie
Doel vandeproef
Het bepalen vanhetgewicht vaneensuspensie pereenheid vanvolume. Doortoeslag-
stoffen wordthetvolumegewicht belnvloed.
Benodigdheden
mud balans volgens API.
Uitvoering -mud balans
Stel demud balans opeen horizontaal vlak.Vulhetbakje metsuspensie enplaats de
deksel. Zorgervoor dathet mengsel doorkloppen oftikken zoveelmogelijk ontluchtis
CUR-Aanbeveling 84
ProefVII
ProefVl1I alvorens
dedeksel teplaatsen. Draaihetdeksel aantothet goed passend ophet bekertje
zit. Reinig hetbakje aandebuitenzijde. Verplaatshetmiter opdebalansarm totdebel
inspeelt. Leesopdearm hetvolumegewicht af,ing/l.
Uitvoering -weging vastvolume
Bepaal hetdroge gewicht vaneen schone geijktemaatcilinder hoogmodel, 1000/10 ml
(a).
Vul decilinder metsuspensie tot1000 ml.Met eenpipet kannauwkeurig tot1000 ml
worden gevuld.Weegdevolle cilinder
(b).
Bereken hetvolumegewicht alsvoIgt:
Volumegewicht
=
(b -
a)
Bepaling vanhetzandgehalte
Doel vandeproef
Het doel vandeze proef ishet bepalen vanhetpercentage zandineen mengsel opbasis
van bentoniet.
Benodigdheden
glazen buisjevoorzandgehalte typeBaroid no40300 ofgelijkwaardig;
zeefje typeBaroid no40101 ofgelijkwaardig;
trechtertje typeBaroid no40201 ofgelijkwaardig;
spuitflesje.
Uitvoering
Vul hetglazen buisjemethetmengsel totaan hetmaatstreepje. Vulhetbijmet water tot
aan hetmaatstreepje. Sluithetbuisje afmet deduim enschudt £link.Plaats hetzeefje op
de trechter enspoel hetmengsel overhetzeefje, spoelnamet water zodatallebentoniet
door hetzeefje verdwijnt. Zethettrechtertje nuophet zeefje endraai hetgeheel omboven
het glazen buisje. Spoelhetovergebleven materiaalnutemg inhet buisje. Vulhetbuisje
met water tothet maatstreepje (watertohere). Laathetmateriaal5 minutenbezinken en
lees hetpercentage zandinhet buisje af.
Rapportage
Opgeschreven wordthetpercentage zanddatinhet buisje isafgelezen. Hetzandgehalte
in volumeprocenten wordtbepaald meteenstandaard SandContent cone.
Bepaling vanhetvochtgehalte
Ditte voeren volgens NEN5113. Denorm isvan toepassing opalle soorten grondmonsters.
Principe
Grond wordtbij110°C gedroogd toteen constante massa isbereikt. Hetmassaverschil
tussen dehoeveelheid grondvoorennahet drogen iseen maat voorhetwatergehalte.
Uitvoering
Weeg hetmonster voorhetdrogen totop0,1 gnauwkeurig (a).Droog hetmonster
vervolgens totconstante massaineen stoof bijeen temperatuur van(110
±
5)
°c
(b).
Bereken hetwatergehalte tenopzichte vandedroge massa in%uit met deformule.
(a-b)/b ,100%
Rapportage
Leg hetbepaalde vochtgehalte vasttotop0,1 %
(m/m)
nauwkeurig.
Reacties